Een goed donsdeken gaat makkelijk 25 à 30 jaar mee.
Wat is een goed donsdeken ?
Dat het gevuld is met dons, échte dons. En bij voorkeur ganzendons.
Hoe kom je zoiets te weten ?
Een kwaliteitsdonsdeken heeft een etiket met de beschrijving van de inhoud: het soort dons, het donspercentage, de herkomst.
Wat is dons ?
Een woordje uitleg: ganzen en eenden hebben 3 bouwlagen: de dekveren, de donsveertjes en het dons. De dekveren beschermen het dier tegen nat, de donsveren geven bescherming aan het belangrijkste: het dons. Deze donsjes zijn harige kernen die vooral lucht bijhouden. Je ziet vaak ganzen en eenden zich opschudden: zij slaan lucht op die zich ophoudt in de harige kern. Dat is niet meer of minder dan een perfect natuurlijke isolatie. Hoe groter het dier, des te groter de donsjes. Er is verschil tussen tussen eenden- en ganzendons: eendendons gaat makkelijker aan elkaar haken dan ganzendons. De grootte van de vlokken wordt ook gemeten en krijgt een bepaalde classificatie. Dons vergaat ook niet, in tegenstelling tot veren.
Vocht is de grootste vijand van dons: vandaar dat opschudden van dons en verluchten een beschermende en duurzame invloed heeft op uw donsdeken. Omdat dons los van materie is, kan het zo dun of zo dik mogelijk gevuld worden in een donsdeken. Afhankelijk van het type tijk, het doek dat waarin het dons terecht komt, maakt dat er veel of minder vulgewicht nodig is. Je hebt diverse soorten tijken:
- Een open zak
- Een buissysteem
- Een sinus-systeem
- Een carré-stikking
- Een karo-lett systeem
- Een half-open kassette
- Een volledige kassette
De tijk (het omhulsel) is gewoonlijk katoen. Ook hier heb je diverse verschillen: een gewone katoen, een mako-katoen, een mako-katoensatijn. En de katoen kan diverse origines hebben, waarbij langstapelig Egyptisch katoen het sterkst is. En een tijk heeft ook zijn gewicht.
Wat heeft dit allemaal voor doel ?
Een zo licht mogelijk bescherming tegen de buitenlucht. Een zwaar donsdeken is slechter dan een lichtgewicht donsdeken: hoe lichter, hoe meer dit drapeert rond de contouren van het lichaam dat er onder ligt. Een zwaar dekbed of dons veroorzaakt koude zones. Dit is niet de bedoeling. Hoe komt het dat zo’n dons dan zwaar weegt ? Het wordt gevuld met een mengeling van (een beetje) dons en gehakte pluimen. Hoe kan je nu te weten komen of er gehakte pluimen bij het dons zit ? Dat voel je aan de schachtjes: zij prikken en je voelt ze tussen je vingertoppen.
Je kan het best vergelijken met 2 identieke vazen: 100g ganzendons heeft een hoger volume dan 100g gemengde dons/veren van diezelfde gans. Het is net dat volume aan dons dat lucht kan vasthouden. Onder échte dons zweet je (veel) minder. Afhankelijk van jouw eigen warmte/koude gevoel, kan een donsdeken op maat worden gemaakt. Dit is niet duurder dan een kant-en-klaar model.
Hoe kies je het donsdeken dat het best bij jou past?
Kom gewoon langs in de winkel, vertel ons hoe je slaapt, we geven het correcte advies !